Instabiliteit van de schouder 

WAT IS 'INSTABILITEIT VAN DE SCHOUDER'?

De schouder, oftewel het glenohumeraal gewricht, bestaat uit een bol (humeruskop) en een kom (glenoid)(figuur 1). De oppervlakte van de bol is minstens 3 keer groter dan de oppervlakte van de kom (figuur 2).  Hieraan dankt het gewricht zijn enorme mobiliteit. Maar mobiliteit betekent vaak ook kwetsbaarheid.

Daarom is de schouder dan ook het gewricht dat het vaakst uit de kom schiet (luxeert)(figuur 3: in en uit gewricht). Verschillende structuren zijn dus nodig om dit mobiel gewricht te helpen om stabiel te blijven. Naast de beenderige anatomie heb je als volgende structuur het labrum (labrum is een verdikking van het gewrichtskapsel). Deze bumper (vergelijkbaar met een rubberen band) vergroot de oppervlakte van de kom rond om rond (figuur 4: labrum).                                                                                                    

Lees verder onder de foto's

De schouder, oftewel het glenohumeraal gewricht, bestaat uit een bol (humeruskop) en een kom (glenoid)

De oppervlakte van de bol is minstens 3 keer groter dan de oppervlakte van de kom.

Daarom is de schouder dan ook het gewricht dat het vaakst uit de kom schiet (luxeert)

Naast de beenderige anatomie heb je als volgende structuur het labrum (labrum is een verdikking van het gewrichtskapsel). Deze bumper (vergelijkbaar met een rubberen band) vergroot de oppervlakte van de kom rond om rond.

Wanneer dit antero-inferieur ligament, om welke reden dan ook, ingescheurd is, bestaat de kans dat de schouder uit de kom schiet bij verkeerde bewegingen (in de hoogte de arm naar buiten draaien, zoals bij werpen van een bal), of wanneer je langs de zijkant op de schouder valt. Het is ook dit ligament dat, samen met het labrum, hersteld wordt tijdens een Anterieure Stabilisatie.

Enerzijds heb je de cuff spieren (zie cuff) die de kracht geven om de schouder te stabiliseren en anderzijds heb je de schouderbladspieren die voor een vloeiende beweging zorgen van het schouderblad tegen het ribrooster.

Bijkomend heb je drie ligamenten waarbij het onderste ligament (het antero-inferieur ligament) het belangrijkste is om de schouder in de kom te houden zodanig dat de bol er niet langs voor uitschiet (figuur 5). Wanneer dit antero-inferieur ligament, om welke reden dan ook, ingescheurd is, bestaat de kans dat de schouder uit de kom schiet bij verkeerde bewegingen (in de hoogte de arm naar buiten draaien, zoals bij werpen van een bal), of wanneer je langs de zijkant op de schouder valt. Het is ook dit ligament dat, samen met het labrum, hersteld wordt tijdens een Anterieure Stabilisatie (figuur 6).  Rond deze structuren heb je dan de spieren. Enerzijds heb je de cuff spieren (zie cuff) die de kracht geven om de schouder te stabiliseren en anderzijds heb je de schouderbladspieren die voor een vloeiende beweging zorgen van het schouderblad tegen het ribrooster (figuur 7: cuff en scapula).  

Lees verder onder de foto's

Wanneer dit antero-inferieur ligament, om welke reden dan ook, ingescheurd is, bestaat de kans dat de schouder uit de kom schiet bij verkeerde bewegingen (in de hoogte de arm naar buiten draaien, zoals bij werpen van een bal), of wanneer je langs de zijkant op de schouder valt. Het is ook dit ligament dat, samen met het labrum, hersteld wordt tijdens een Anterieure Stabilisatie (figuur 6)

Pathologisch niet-gestabiliseerd schouderblad.

De patient wordt op de zijde geinstalleerd. De arm bevindt zich in een gebalanceerd katrolsysteem om de nodige ruimte te creeren om vlot in het schoudergewricht te kunnen werken (Figuur 8).

Er worden drie kleine insteekgaatjes gemaakt, waarlangs we buisjes inbrengen.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

LABRUM SCHEUR

Wanneer het labrum gescheurd is en de schouder, ondanks intensieve kiné, uit de kom blijft schieten, kan deze scheur chirurgisch hersteld worden (VIDEO van een onstabiele schouder). Dit kan via een kijkoperatie gebeuren. De patient wordt op de zijde geinstalleerd. De arm bevindt zich in een gebalanceerd katrolsysteem om de nodige ruimte te creeren om vlot in het schoudergewricht te kunnen werken (Figuur 8). Er worden drie kleine insteekgaatjes gemaakt, waarlangs we buisjes inbrengen (Figuur 9). We kijken in het gewricht met de camera en brengen onze instrumenten in de schouder via de plastieken buisjes. Er worden draadankertjes gebruikt (geen metalen of plastieken verankering). Via deze draadjes wordt het gescheurde labrum terug aan de kom gehecht en vastgeknoopt (Figuur 10 en film). 

Sites made with Mobirise are 100% mobile-friendly according the latest Google Test and Google loves those websites (officially)!

Volgt.

Bij een operatie wordt op min of meer dezelfde manier het achterste labrum terug aan het achterste glenoid vastgehecht (post stabilisatie). 

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

POSTERIEURE INSTABILITEIT 

Wanneer de schouder om welke reden dan ook naar achteren uit de kom schiet, spreken we van een posteriere instabiliteit. Hier ligt de nadruk op niet-chirurgische behandeling nog veel meer. Operaties zijn uitzonderlijk nodig. Bij een operatie wordt op min of meer dezelfde manier het achterste labrum terug aan het achterste glenoid vastgehecht (Figuur 11 post stabilisatie). 

Lees verder onder de foto

MULTIDIRECTIONELE INSTABILITEIT 

Bij een MDI is de schouder hypermobiel in alle richtingen. Dit zijn de hyperlakse patiënten die, om welke reden dan ook, klachten krijgen van instabiliteit. Ook hier is de eerste en de belangrijkste behandeling kiné en optrainen van de spieren rond de schouder. In heel zeldzame gevallen kan het kapsel chirurgisch opgehecht worden wat wij een Capsuloraphy noemen (Figuur 12).

In heel zeldzame gevallen kan het kapsel chirurgisch opgehecht worden wat wij een Capsuloraphy noemen.

Het pathologisch letsel is vaak meer dan het losscheuren van het labrum alleen. Frequent gaat bij de luxatie ook bot ingedeukt zijn of wordt er zelfs bot afgebroken.

Bij de ingreep volgens Latarjet, gaan we niet het losgescheurd labrum terug aan het bot fixeren, maar gaan we een stukje bot verplaatsen en dit fixeren op de voorzijde van de kom. Dit stukje bot (het coracoid) wordt aan de basis losgemaakt en met al zijn aangehechte pezen getransporteerd in 1 geheel.

Hierdoor blijft de functie van deze pezen behouden. De revalidatie van het anatomisch herstel en de Latarjet procedure verloopt quasi parallel.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Pellentesque quis quam in risus pulvinar ultrices eget non sem. Vestibulum ante ipsum primis in faucibus orci luctus et ultrices posuere cubilia Curae proin accumsan odio.

LATARJET PROCEDURE

Dit is een techniek, die we de laatste jaren geregelder uitvoeren daar we in onze dienst toch meer en meer topsporters zien met ernstige schouderinstabiliteit. Het pathologisch letsel is vaak meer dan het losscheuren van het labrum alleen. Frequent gaat bij de luxatie ook bot ingedeukt zijn of wordt er zelfs bot afgebroken (Figuur 13).

In die gevallen is het anatomisch herstel van het labrum meestal onvoldoende. Bij de ingreep volgens Latarjet, gaan we niet het losgescheurd labrum terug aan het bot fixeren, maar gaan we een stukje bot verplaatsen en dit fixeren op de voorzijde van de kom. Dit stukje bot (het coracoid) wordt aan de basis losgemaakt en met al zijn aangehechte pezen getransporteerd in 1 geheel (Figuur 14). Hierdoor blijft de functie van deze pezen behouden. De revalidatie van het anatomisch herstel en de Latarjet procedure verloopt quasi parallel (Figuur 15).

OPERATIES: VRAGEN?

Vragen en afspraken rond heelkundige ingreep en nazorg via verpleegkundige Mevr. Van Hellem Laura. Zij is te bereiken tijdens de uren van de raadpleging: Campus Deurne: Tel.: +32 (0)3 320 58 04

FROZEN SHOULDER
EEN JUISTE SAMENWERKING TUSSEN PATIËNT, DOKTER EN KINESITHERAPEUT IS ONONTBEERLIJK

Waarom een stuk volledig gewijd aan frozen shoulder? Wel omdat het merendeel van onze schouderpatienten wel 1 of andere vorm van bewegingsbeperking kan vertonen. Frozen shoulder (bevroren schouder) wil simpelweg zeggen dat er bij het testen van de beweeglijkheid een beperking aanwezig is, hoe subtiel soms ook. Bij het klinisch onderzoek van onze nieuwe patiënt besteden wij dan ook veel aandacht aan het nagaan van de mobiliteit. Een frozen shoulder kan ontstaan na een trauma, na een operatie, in combinatie met een langdurige schouderontsteking , maar vaak ook spontaan zonder aanwijsbare reden. Dit noemen wij een idiopathische frozen shoulder en zien we frekwent bij suikerzieken en patienten met een schildklier aandoening. Om het verloop van de genezing van een frozen shoulder zo simpel mogelijk te beschrijven naar de patient toe, verdeel ik het helingsproces het liefst in 2 fasen: fase 1: de ontstekingsfase en fase 2: de stijve niet pijnlijke frozen fase. De behandeling is afhankelijk van in welke fase de patient zich bevindt.

Fase 1: heel de therapie moet in functie staan van de pijn van de ontsteking te onderdrukken. Dit kan dmv ontstekingsremmers, mbv van cortisone spuiten of door kinesitherapie maar ZONDER DAT DE MOBILITEIT GEFORCEERD WORDT!!! Hier geldt het principe niet van: no pain no gain, integendeel: trekken en sleuren aan de schouder kan het proces alleen maar erger maken. De kiné moet werken op de nevenverschijnselen: de stramme spieren, de stijve nek, de uitstraling naar elleboog en hand (shoulder-hand syndroom) maar geen enkele handeling mag pijn veroorzaken. In deze fase kan fasciatherapie eventueel helpen, mesotherapie, biopunctuur, alles om de pijn te onderdukken. Ik verwijs patienten in deze fase zelfs liever naar een fysische geneesheer daar wij als orthopedisch chirurgen niets voor de patienten kunnen betekenen in deze pijnlijke fase.

Fase 2: de frozen fase is de fase waar de kiné intens aan de mobiliteit mag en moet werken. Nu is de pijn van de ontsteking verdwenen en mag de kinesitherapeut de grens gaan opzoeken. Er wordt ook aan patiënt gevraagd om met de nodige zelfdiscipline de oefeningen intens te herhalen thuis. Weet dat een frozen shoulder een F-pathologie is en dat de patient recht heeft op 60 beurten kiné. Normaal gezien zal na deze intense harde strijd de mobiliteit herstellen en mag de patient in het dagelijks leven normaal gezien geen hinder meer ondervinden. Het totale genezingsproces kan 9 maanden tot soms 2 jaar vragen. Dit heeft een enorme implicatie op het dagelijks leven en functioneren van een patiënt! Wanneer er in deze tweede fase toch een beweeglijkheidsbeperking blijft bestaan zonder enige verbetering en met implicaties op het dagelijks leven, kan de orthopedist eventueel wel hulp bieden. Via een kleine kijkoperatie kunnen dan de verklevingen in het kapsel losgemaakt worden om dan het gewricht zachtjes te manipuleren. Nogmaals, dit kan alleen in de tweede frozen fase wanneer de ontsteking volledig verdwenen is.

Het genezingsproces van een frozen shoulder vraagt veel tijd en energie van patiënt en therapeuten. Een goed begrip van de exacte pathologie en zeker de verdeling van het genezingsverloop in fasen kan het herstel alleen maar ten goede komen. Een juiste samenwerking tussen patiënt, dokter en kinesitherapeut is dan ook absoluut onontbeerlijk om te genezen van een frozen shoulder.

PRIVé consultatie

+32 (0)3 827 74 22

ZIEKENHUISRAADPLEGING

+32 (0)3 320 58 00

AFSPRAAK NODIG?